2.2.4 Zorginkoopbeleid kraamzorg
CZ groep wil dat alle verzekerden kraamzorg kunnen krijgen en dat de kraamzorg wordt ingezet waar die het meest noodzakelijk is. Zorg op maat dus. Indicering via het Landelijk Indicatieprotocol Kraamzorg (LIP) is niet meer toekomstbestendig. De nieuwe indiceringsmethodiek, de Kraamzorg Landelijke Indicatie Methodiek (KLIM) wordt op dit moment getoetst. Net als het KLIM, ziet ook CZ groep toekomst in een meer flexibele inzet van kraamzorguren. Het gaat dan om het aantal uren én om de inhoud van de kraamzorg. Zo kan de kraamzorg beter aansluiten bij wat een gezin nodig heeft. De beschikbare uren komen dan terecht waar ze het hardst nodig zijn: bij de kwetsbare gezinnen. Huishoudelijke taken horen naar ons idee steeds minder tot het domein van de kraamverzorgende. We hopen dat de herziening of vervanging van het LIP snel plaatsvindt en leidt tot echte verandering, doelmatigheid en meer maatwerk.
Zorgverzekeraars Nederland (ZN) en Bo Geboortezorg hebben sinds het voorjaar van 2023 veelvuldig met elkaar overlegd. Dit heeft geleid tot een gezamenlijk convenant, dat in 2023 een halfjaar van kracht is geweest. In dit convenant zijn actielijnen uitgezet om de kraamzorg toekomstbestendig te maken. Zo hebben de zorgverzekeraars extra financiën beschikbaar gesteld voor opleiden en voor extra kosten in verband met het afschalen van zorg en het hoge ziekteverzuim. Ook na afloop van het convenant zijn we met elkaar in gesprek gebleven over de toekomst van de kraamzorg.
Het is nog onduidelijk of de gesprekken tussen ZN en Bo Geboortezorg ook leiden tot afspraken voor 2025. Een goede spreiding van de beschikbare uren blijft voor CZ groep hoe dan ook belangrijk. In de declaraties zien we dat er organisaties zijn die ook in tijden van krapte hun beschikbare capaciteit onvoldoende spreiden. Het kan niet zo zijn dat er pas bevallen vrouwen zijn die mogelijk zonder kraamzorg komen te zitten, terwijl anderen, die het wellicht minder nodig hebben, de maximale uren of zelfs meer ontvangen. Wij vinden dat er bij het invullen van de zorgplicht in krappe regio’s een duidelijk verschil zichtbaar is in het spreidingsgedrag tussen organisaties. Alléén als er goed wordt samengewerkt tussen alle zorgaanbieders in een bepaalde regio, kan de beschikbare capaciteit optimaal verdeeld worden. Om de kraamzorg toekomstbestendiger te maken, vinden wij het opleiden van nieuwe kraamverzorgenden van belang. Daarnaast zijn digitalisering en het digitaal aanbieden van kraamzorg van belang. CZ groep neemt deze factoren mee in het zorginkoopbeleid voor 2025. Voor opleiden geldt dat we komende jaren zeer waarschijnlijk consequenties gaan verbinden aan de mate waarin organisaties nieuwe kraamverzorgenden opleiden. Organisaties die (veel) opleiden, maken immers meer kosten.
Als de landelijke gesprekken leiden tot een aanpassing van het zorginkoopbeleid Kraamzorg voor 2025, dan maken we dat via een aanvulling op dit document duidelijk.
In 2025 moeten alle zorgaanbieders kraamzorg aantoonbaar voldoen aan alle onderstaande minimumeisen. Ook gedurende de looptijd van de overeenkomst voldoen zij hieraan:
Minimale eisen
Er is sprake van een organisatie, bij voorkeur met rechtspersoonlijkheid, die het leveren van kraamzorg aantoonbaar als kernactiviteit heeft.
De zorgaanbieder beschikt over één AGB-code voor de zorgregistratie en zorgdeclaratie, waaraan minimaal 6 fte aan KCKZ-geregistreerde kraamverzorgenden gekoppeld zijn[1].
De zorgaanbieder is ingeschreven in het register van de Kamer van Koophandel.
De zorgaanbieder verzorgt minimaal 10 kraambedden per maand.
De zorgaanbieder is HKZ/ISO-gecertificeerd (of vergelijkbaar).
De zorgaanbieder is lid van Bo Geboortezorg.
De zorgaanbieder houdt zich aan de landelijk geldende cao.
De zorgaanbieder is 24 uur per dag bereikbaar voor verloskundigen en kraamvrouwen.
De zorgaanbieder is het hele jaar tijdens kantoortijden (9.00 tot 17.00 uur) bereikbaar voor alle verzekerden.
De zorgaanbieder is 24 uur per dag in staat de partusassistentie tijdig in te zetten na een oproep van een verloskundige.
De zorgaanbieder hanteert een protocol waarin staat welke medewerkers met welk doel toegang hebben tot de gegevens van de cliënten.
De zorgaanbieder voert een kwaliteitscyclus (PDCA-cyclus) uit, waarbij de kwaliteit van de zorg en de veiligheid periodiek worden vastgelegd. Dit resulteert in een kwaliteitsjaarverslag dat op verzoek gedeeld wordt met CZ groep.
De zorgaanbieder meet de landelijke indicatoren van Zorginstituut Nederland. De resultaten worden aangeleverd en gepubliceerd onder de AGB-code waaraan ook de zorgregistratie en zorgdeclaratie gekoppeld zijn.
De zorgaanbieder voert periodiek een cliënttevredenheidsmeting uit, bespreekt de resultaten en stelt verbeterplannen op.
De zorgaanbieder is lid van het kraamzorgsamenwerkingsverband (KSV) of laat zich vertegenwoordigen in elke regio waarin de aanbieder kraamzorg aanbiedt.
De zorgaanbieder is lid van een VSV in de regio's waarin hij kraamzorg aanbiedt. De kraamzorgorganisatie mag zich hierin ook laten vertegenwoordigen.
De zorgaanbieder werkt op basis van het LIP. Zodra er een ander landelijk geaccepteerd instrument is om het aantal kraamzorguren vast te stellen, dan conformeert de kraamzorgorganisatie zich hieraan.
De zorgaanbieder voldoet aan alle relevante wet- en regelgeving (zoals de WGBO) en de geboden zorg voldoet aan de standaarden en richtlijnen van de betreffende beroepsgroep(en).
De zorgaanbieder werkt zo veel mogelijk digitaal en zorgt ervoor dat registraties en declaraties op papier voorkomen worden.
De zorgaanbieder voldoet aan de relevante verplichtingen rondom de registratie van de UBO, waarbij de eventuele UBO niet onder een wettelijke sanctieregeling valt.
Bemiddelingsbureaus en coöperaties van zzp’ers
CZ groep koopt geen zorg in bij individuele zzp’ers, omdat we vinden dat zij de continuïteit en kwaliteit van de zorg niet optimaal kunnen garanderen. Net als voorgaande jaren maken we het wel mogelijk om zzp’ers te contracteren die zich verenigd hebben. Daaronder verstaan we: een samenwerkingsverband van uitsluitend zzp’ers die uit naam van de organisatie zorg verlenen. Het kenmerk van onderaanneming is immers dat de cliënt in zorg is bij de hoofdaannemer, de door ons gecontracteerde zorgaanbieder, die de zorg verleent via de onderaannemers. Zzp’ers die zich in een organisatie verenigen, doen dat uitdrukkelijk als zzp’er en niet als een eenmanszaak met personeel. Voor samenwerkingsverbanden gelden de minimale eisen voor kraamzorgorganisaties. Daarnaast gelden onderstaande specifieke eisen:
Cliënten zijn in zorg bij de organisatie (de hoofdaannemer), die de zorg laat verlenen door haar leden (de onderaannemers).
De organisatie waarborgt aantoonbaar de continuïteit en beschikbaarheid van de benodigde zorg (24/7).
Voor de organisatie geldt een minimum van 12 zzp’ers die allemaal zorg verlenen in het gedefinieerde postcodegebied.
De (zorgverlenende) leden van de organisatie zijn uitsluitend zzp’ers die ook in de hoedanigheid van zzp’er lid zijn.
Alle zzp’ers zijn KCKZ-geregistreerd en als gecertificeerde vestiging opgenomen in het HKZ-certificaat (of vergelijkbaar) van de organisatie.
Alle zzp’ers hebben bij voorkeur een individuele AGB-code.
Alle zzp’ers die deel uitmaken van de organisatie, hebben ook een eigen HKZ-certificering (of vergelijkbaar) doorlopen. De organisatie overlegt de bewijzen daarvan op verzoek aan CZ groep.
De organisatie zorgt ervoor dat de kwaliteit van de zorg optimaal blijft en stimuleert periodieke kwaliteitsbesprekingen tussen de kraamverzorgenden.
Bij de inschrijving wordt een lijst met de leden van de organisatie aangeleverd. Wijzigingen daarin gedurende het jaar worden doorgegeven via rz.geboortezorg@cz.nl.
Kraamzorg in krapte
CZ groep kan regio’s in 2025 voor een bepaalde tijd aanwijzen als krapteregio voor de kraamzorg. In de krapteregio voeren we dan een ‘kraptebeleid’. Dit beleid bevat maatregelen waarmee we willen stimuleren dat verzekerden ondanks de krapte zo veel mogelijk de zorg ontvangen die zij nodig hebben. Dit kunnen onder meer maatregelen zijn die de spreiding van zorg stimuleren of efficiëntere vormen van levering mogelijk maken. De maatregelen worden vooraf met de zorgaanbieders in de regio gecommuniceerd.
Digitale voorlichting en instructie in de kraamzorg
Uit een onderzoek van CZ groep onder 200 bevallen vrouwen blijkt dat er nog terughoudend gekeken wordt naar oplossingen als digitale voorlichting en instructie, en beeldbellen. We verwachten dat deze cultuuromslag in de kraamzorg wat tijd nodig heeft. (Bekijk voor meer informatie het document ‘Zo betrekken we onze verzekerden’.) Digitale kraamzorg kan wat ons betreft een oplossing bieden bij capaciteitsproblemen en we willen deze innovatie dan ook stimuleren. We zien daarbij wel een duidelijk onderscheid tussen instructievideo’s en beeldbelconsulten.
Voorlichting en instructievideo’s
Digitale voorlichting en instructievideo’s koopt CZ groep net als in 2024 breed in. Kraamzorgorganisaties kunnen daarvoor een addendum aanvragen op de reguliere overeenkomst. Geef bij de schriftelijke aanvraag aan op welke manier u de volgende eisen voor digitale zorg waarborgt:
Digitale voorlichting en instructie is geïntegreerd in het aantal uren kraamzorg en wordt gedeclareerd door de kraamzorgaanbieder die ook de fysieke kraamzorg verleent.
De voorlichting en instructie is geïndiceerd conform het LIP.
De digitale voorlichting en instructie is geïntegreerd in het zorgplan en afgestemd met de kraamvrouw.
De kraamvrouw geeft toestemming voor de digitale voorlichting en instructie.
De inhoud van de digitale voorlichting en instructie voldoet aan de KCKZ-richtlijnen.
De digitale omgeving waarin de voorlichting en instructie wordt gegeven, checkt of de kraamvrouw de informatie heeft bekeken en begrepen.
De inzet van de digitale voorlichting en instructie vervangt fysieke uren kraamzorg en mag niet leiden tot een uitbreiding van het aantal uren.
Geef duidelijk aan welk platform u inzet voor de digitale voorlichting en instructie, bijvoorbeeld een app.
Na afloop van het kraambed wordt er een gestandaardiseerde evaluatie uitgevoerd bij de kraamvrouw over haar ervaringen met de digitale voorlichting en instructie.
U kunt een aanvraag indienen bij CZ groep voor een addendum digitale kraamzorg (voorlichting en instructievideo’s) door een e-mail te sturen naar inkoop.geboortezorg@cz.nl. Daaruit moet blijken dat de inzet van digitale voorlichting en instructie binnen uw kraamzorgorganisatie aan bovenstaande eisen voldoet. Als dit het geval is, ontvangt u van CZ groep een addendum waarmee u 1 uur kunt declareren voor deze digitaal geleverde voorlichting en instructie. Over digitaal geleverde kraamzorg mag geen eigen bijdrage in rekening worden gebracht bij de cliënt. Het addendum gaat in op de eerstvolgende maand na de goedkeuring. Dien dus tijdig uw aanvraag in als u met ingang van 2025 een addendum wilt afspreken. Organisaties die in 2024 al een addendum met CZ groep afgesloten hebben, ontvangen automatisch een addendum bij het aanbod van de reguliere overeenkomst.
Beeldbellen
We zien graag landelijke kaders en richtlijnen vanuit de beroepsgroep voor voorlichting en instructie in de kraamzorg via beeldbellen. Bo Geboortezorg gaat een uitgebreider onderzoek uitvoeren, dat resulteert in een landelijke richtlijn digitale kraamzorg, waarin ook beeldbellen een duidelijker kader krijgt. Deze richtlijn is op het moment van schrijven van dit zorginkoopbeleid echter nog niet gereed. Vooralsnog heeft Bo Geboortezorg een tijdelijke richtlijn vastgesteld: Richtlijn digitale kraamzorg in 2023 en 2024. CZ groep sluit zich hierbij aan voor de inkoop van beeldbelconsulten in 2025 totdat er een nieuwe richtlijn gepubliceerd wordt. Als u vindt dat uw organisatie aan de voorwaarden uit de richtlijn voldoet en als u beeldbelconsulten op wilt laten nemen in het addendum digitale kraamzorg, vermeld dit dan in uw e-mail die u bij de aanvraag stuurt aan inkoop.geboortezorg@cz.nl. Mocht er aanvullend beleid nodig zijn bij de publicatie van een nieuwe richtlijn digitale kraamzorg, dan publiceren wij dit.
Aanvullend beleid
Bo Geboortezorg heeft eind augustus 2025 een geüpdatete richtlijn digitale kraamzorg (Richtlijn digitale kraamzorg in de kraamweek 2025 (new window)) gepubliceerd. Deze richtlijn is uitgebreider dan de eerdere richtlijn. CZ sluit zich voor de inkoop digitale kraamzorg 2025 aan bij deze geüpdatete versie. Bij het aanvragen van een addendum voor digitale kraamzorg dient u duidelijk te vermelden of u een aanvraag doet voor a) voorlichting en instructievideo’s of dat u ook b) beeldbellen aanbiedt aan de kraamvrouwen. U moet zorgvuldig onderbouwen dat u aan de voorwaarden voldoet die door Bo Geboortezorg in de richtlijn genoemd worden.
Kraamzorg in achterstandspostcodegebieden
Wij bieden in 2025 géén verhoogd maximumtarief aan voor de achterstandspostcodegebieden, omdat dit al is meegenomen in de laatste herijking van de kraamzorgtarieven. Woont een onevenredig groot deel[2] van de CZ-verzekerden voor uw organisatie in achterstandspostcodegebieden én dreigt uw organisatie daardoor aantoonbaar financieel in de problemen te raken? Dan kunt u daarover met ons overleggen. Een toeslag van maximaal 5% op de kraamzorguren is dan bespreekbaar. U kunt daarvoor een e-mail sturen naar rz.geboortezorg@cz.nl.
Kraamzorg en partusassistentie in een ziekenhuis of geboortecentrum
Kraamzorg en partusassistentie die worden geleverd in het ziekenhuis (bijvoorbeeld bij een poliklinische bevalling) of in een geboortecentrum, koopt CZ groep in bij het ziekenhuis of het geboortecentrum. Een kraamzorgaanbieder kan de zorg leveren, maar maakt over de financiering daarvan afspraken met het ziekenhuis of het geboortecentrum. We willen niet dat er grote verschillen ontstaan in de hoogte van de eigen bijdrage voor de poliklinische bevalling of de bevalling in het geboortecentrum. Bovendien willen we een verdere versnippering van de financiering van de geboortezorg voorkomen.
Type overeenkomst A, B of C
CZ groep vraagt aan alle kraamzorgaanbieders inspanningen en garanties op het gebied van kwaliteit, continuïteit, toegankelijkheid, bereikbaarheid en samenwerking in de keten. De mate waarin aan onderstaande voorwaarden wordt voldaan, bepaalt welke overeenkomst wij aanbieden (A, B of C). Deze overeenkomsten hebben elk hun eigen tarief. In onderstaand overzicht staat aan welke voorwaarden de kraamzorgaanbieder moet voldoen om voor een overeenkomst A, B of C in aanmerking te komen. Nieuwe contractanten krijgen in het eerste jaar een overeenkomst C. Overeenkomst A heeft de hoogste tarieven. De tarieven van overeenkomst B en C zijn respectievelijk 95% en 90% van de tarieven van overeenkomst A.
De kraamzorgaanbieder |
A |
B |
C |
levert tijdige partusassistentie; minimale score op indicator 2 van de landelijke indicatoren (uitvraag 2023) |
95% of hoger |
90% tot 95% |
85% tot 90% |
heeft een score van minimaal 80% op indicator 18 van de landelijke indicatoren 2023 (geslaagde borstvoeding) |
✔ |
||
heeft ketenzorg-werkafspraken; minimale score op indicator 19 van de landelijke indicatoren (uitvraag 2023) |
voor de meeste/bijna alle kraambedden |
voor een beperkt aantal kraambedden |
voor (bijna) geen enkel kraambed |
heeft minimaal 6 fte aan kraamverzorgenden in loondienst die in de thuissituatie kraamzorg leveren* |
✔ |
✔ |
|
beschikt over een beleidsstuk kwetsbare zwangeren** en voert dit ook uit |
✔ |
||
biedt aantoonbaar opleidingsmogelijkheden voor instroom van nieuwe kraamverzorgenden, vastgelegd in een opleidingsplan *** |
✔ |
||
werkt met dienstroosters voor de kraamverzorgenden |
✔ |
||
levert digitale voorlichting en instructie via beeldmateriaal en filmpjes en heeft hiervoor een addendum afgesloten met CZ groep **** |
✔ |
- *CZ groep beoordeelt een zzp’er als 0,5 fte.
- **In dit beleidsstuk wordt minimaal uiteengezet welke definitie van kwetsbaarheid er gehanteerd wordt, hoe met de kwetsbare zwangeren omgegaan wordt en hoe ervoor wordt gezorgd dat de kraamverzorgenden die deze kwetsbare zwangeren zien, adequaat opgeleid zijn.
- ***In dit opleidingsplan staat wat de visie op opleiden is en op welke manier de organisatie nieuwe kraamverzorgenden opleidt. In de toekomst (waarschijnlijk in 2026) maakt CZ groep dit mogelijk concreter door voor overeenkomst A bijvoorbeeld de eis op te nemen dat een minimum aantal kraamverzorgenden door de zorgaanbieder moet zijn opgeleid.
- ****Het gaat hierbij om het addendum digitale voorlichting en instructie van kraamzorg in de vorm van video’s en filmpjes. Het aanbieden van beeldbellen is géén voorwaarde voor een A-overeenkomst. Dit addendum kan gedurende 2024 worden aangevraagd conform het zorginkoopbeleid 2024. Bij het aanbieden van een overeenkomst voor 2025 bekijkt CZ groep of de organisatie een addendum heeft afgesloten bij het peilmoment van eind augustus 2024.
Procedure voor nieuwe zorgaanbieders van kraamzorg
Onder nieuwe zorgaanbieders verstaan we zorgaanbieders waarmee we in 2024 geen overeenkomst kraamzorg hebben. Om in aanmerking te komen voor zo’n overeenkomst voor 2025, moeten nieuwe zorgaanbieders voldoen aan de minimumeisen in dit document. De overeenkomst kan worden aangevraagd door via VECOZO een digitale vragenlijst in te dienen. Op www.cz.nl/zorgaanbieder > Geboortezorg vindt u hoe u dit kunt doen. CZ groep beoordeelt vervolgens uw aanvraag.
Procedure voor bestaande zorgaanbieders van kraamzorg
Onder bestaande zorgaanbieders verstaat CZ groep de zorgaanbieders kraamzorg die in (een gedeelte van) 2024 een overeenkomst met CZ groep hebben. Bestaande aanbieders ontvangen uiterlijk eind juli een verzoek om een vragenlijst in te vullen via VECOZO. Het aanbod is afhankelijk van het resultaat van deze vragenlijst. Als wij nog vragen hebben voor de zorgaanbieder, dan stellen we die vóór begin september. Uiterlijk eind september versturen wij het aanbod.
Aanbieden van de overeenkomst
De overeenkomst wordt digitaal aangeboden via VECOZO.
Looptijd van de overeenkomst
De overeenkomsten hebben een looptijd van 1 kalenderjaar (2025).
- 1CZ groep beoordeelt een zzp’er als 0,5 fte.
- 2Als uit de declaraties van de organisatie in 2022 en 2023 blijkt dat 20% of meer van de CZ-klanten uit een achterstandspostcodegebied komt, dan beoordeelt CZ groep dit als een onevenredig groot deel.