2. Inhoudelijk beleid en inkoopcriteria
Een ongezond gewicht bij kinderen hangt net als bij volwassenen veelal samen met een ongezonde leefstijl op het gebied van voeding, eetgewoontes en beweging. Een ongezonde leefstijl kan door veel verschillende factoren binnen of buiten het gezin bepaald worden. Denk aan beperkte gezondheidsvaardigheden, stress, financiële problemen, opvoedingsproblemen of een ingewikkelde toegang tot sportvoorzieningen. De ketenaanpak bestaat daarom uit samenhangende onderdelen van zorg en ondersteuning. Die vallen deels onder het zorgdomein en deels onder het sociaal domein. De zorg en ondersteuning die een kind, de ouders en het gezin krijgen vanuit de ketenaanpak verschillen per situatie. Ze worden afgestemd op het gewichtsgerelateerd gezondheidsrisico (GGR) van het kind en de oorzaken en gevolgen die hierbij aan de orde zijn. Afhankelijk van het gewichtsgerelateerd gezondheidsrisico kan een gecombineerde leefstijlinterventie (GLI) onderdeel zijn van de ketenaanpak.
Essentieel voor een succesvolle ketenaanpak is een goed werkbare samenwerking creëren tussen professionals uit het sociaal en medisch domein. Dit vraagt om een centrale zorgverlener (CZV). Deze extra functie coördineert en bewaakt de samenhang van activiteiten, maar behandelt ze zelf niet. De centrale zorgverlener heeft een brede blik, werkt domeinoverstijgend en is een spin in het web.
Voor de Ketenaanpak Kinderen komen kinderen in aanmerking tot 18 jaar oud met ten minste een matig verhoogd gewichtsgerelateerd gezondheidsrisico, bij wie een gecombineerde leefstijlinterventie een onderbouwd onderdeel is van het zorgplan. Het gewichtsgerelateerd gezondheidsrisico heeft vier gradaties: licht, matig, sterk en extreem. Het wordt bepaald op basis van het BMI, risicofactoren en co-morbiditeit. Als een huisarts, kinderarts, jeugdarts of jeugdverpleegkundige een matig verhoogd gewichtsgerelateerd gezondheidsrisico heeft vastgesteld, verwijst deze het kind door naar de centrale zorgverlener. De centrale zorgverlener doet een brede anamnese en stelt samen met het kind en het gezin een zorgplan op. Daarnaast begeleidt en coördineert de centrale zorgverlener de juiste zorg en ondersteuning op het juiste moment door de juiste professional voor het kind en gezin. Is er sprake van onderliggende problematiek, dan verwijst de centrale zorgverlener door naar het sociaal domein voor passende zorg en ondersteuning. Is leefstijlcoaching nodig binnen de gecombineerde leefstijlinterventie, dan verwijst de centrale zorgverlener door naar de kinderleefstijlcoach.
Kinderen die gedurende de looptijd van het zorgprogramma de leeftijd van 18 jaar bereiken, mogen het zorgprogramma volledig afronden. Voor kinderen die bijna de leeftijd van 18 jaar bereiken, kan op zorginhoudelijke gronden de keuze worden gemaakt voor een zorgprogramma voor volwassenen.
Als sprake is van een laag gewichtsgerelateerd gezondheidsrisico komt iemand niet in aanmerking voor de Ketenaanpak Kinderen. In dit geval levert en vergoedt het sociaal domein de nodige zorg en ondersteuning.