2.2.1 Toegankelijkheid van zorg
De vraag naar zorg blijft stijgen, terwijl het personeelsaanbod juist stagneert of zelfs afneemt. Het gevolg is dat de wachttijden, vooral voor planbare electieve zorg, vaak hoger zijn dan gewenst. De urgente en acute zorg gaat gelukkig gewoon door, hoewel ook hier de tekorten merkbaar zijn. Voor de niet-acute zorg streven wij ernaar dat alle zorg regionaal binnen de Treeknormen geleverd wordt. Wij beseffen natuurlijk dat een tekort aan zorgpersoneel vaak de oorzaak is van de onderliggende knelpunten en dat de oplossing hiervan een lange adem vergt. Daarom zetten wij ook in op structurele aanpassingen voor passende en digitale zorg, zodat met minder mensen meer zorg geboden kan worden, waardoor de wachttijden kunnen verminderen. Tegelijkertijd maken we met zorgaanbieders afspraken over een continu actueel beeld van de omvang van de wachtlijsten en wachttijden. Patiënten moeten daarbij geïnformeerd worden over de mogelijkheden voor zorgbemiddeling.
Acute zorg - ROAZ
Het Regionaal Overleg Acute Zorg (ROAZ) brengt het acute zorgaanbod in de regio in kaart. Zij lossen problemen in de bereikbaarheid op en stemmen activiteiten af tussen de aanbieders van acute zorg. CZ groep neemt in vier regio’s actief deel aan deze ROAZ-overleggen (Brabant, Limburg, West en Zuidwest). Zo dragen we bij aan oplossingen voor knelpunten en het toegankelijk houden van deze zorg.
In het IZA is afgesproken dat we streven naar een landelijk dekkende inkoop van zorgcoördinatie. Landelijke partijen werken hiervoor samen aan een implementatieplan. We verwachten dat u dit uitvoert. Het ROAZ voert de regionale uitwerking van zorgcoördinatie uit. Zorgverzekeraars volgen de ontwikkelingen en publiceren waar nodig aanvullend beleid.
Zorgcoördinatie
Zorgcoördinatie ondersteunt patiënten en zorgverleners bij het vinden van passende zorg bij een acute zorgvraag. Dit kan bijvoorbeeld gaan om de huisartsenpost, ambulancezorg of ongeplande nachtzorg. Ook kan zorgcoördinatie helpen bij het afschalen van de urgentie van de (acute) zorgvraag (triage) en bij het vinden van vervolgzorg voor een patiënt, bijvoorbeeld een bed voor eerstelijnsverblijf. Zorgcoördinatie kan hiermee bijdragen aan de toegankelijkheid en kwaliteit van de acute zorg in Nederland door deze zorg regionaal en in samenwerking met meerdere zorgaanbieders te organiseren. Voor patiënten blijft de toegang tot acute zorg overzichtelijk, want zorgcoördinatie komt samen in één (virtueel) loket.
Wachttijden in de reguliere zorg
Zorgaanbieders zijn verplicht om elke twee weken de wachttijden voor electieve medisch-specialistische zorg inzichtelijk te maken voor patiënten en zorgverzekeraars. Op basis hiervan kunnen wij de klinische en poliklinische wachttijden monitoren per specialisme, per zorgaanbieder en per regio. Naast de wachttijden is ook een juiste opgave van het aantal actief wachtenden per aandoening belangrijk. Wij verwachten van ziekenhuizen dat zij steeds over het correcte aantal wachtenden beschikken waarvan de behandeling direct kan starten.
Binnen ons kernwerkgebied overleggen we met een PDCA-cyclus minimaal één keer per kwartaal met ziekenhuizen over:
de juistheid en validatie van de aangeleverde gegevens;
de aard en omvang van de overschrijdingen van de Treeknorm met de onderliggende redenen;
de voortgang op de afgesproken verbeteracties om de toegankelijkheid te verbeteren;
de omvang van de wachtlijsten per aandoening van verzekerden van CZ groep (zodat wij de zorgbemiddeling effectief kunnen vormgeven);
de wenselijkheid dat ziekenhuizen periodiek de wachtenden op de wachtlijst triëren op urgent, semi-urgent en planbaar, zodat gezondheidsrisico’s door het langer wachten tot een minimum beperkt worden;
de veranderingen die worden ingezet om de arbeidsinzet structureel aan te passen en voor een betere toegankelijkheid.
Deze informatie brengen we regionaal samen, zodat er een breder beeld ontstaat van de aard en omvang van de wachtlijstproblematiek. Hierdoor kunnen we voor de contractering voor 2026 gerichter inspelen op de knelpunten en kunnen we oplossingen op regionaal niveau verkennen. Ook relevante informatie vanuit onze zorgbemiddeling zetten we in om dit regionale inzicht te vergroten.
Mocht blijken dat bepaalde knelpunten veroorzaakt worden door financiële afspraken, dan onderzoeken we of we deze kunnen oplossen door bij te contracteren (zie paragraaf 2.2.3.2). Daarbij geldt de voorwaarde dat de zorgaanbieder (achteraf) aantoont dat de eventuele extra middelen ook echt hebben geleid tot een betere toegankelijkheid.
Tot slot kan het CZ Zorgteam individuele patiënten naar een andere zorgaanbieder bemiddelen. Dit team bestaat uit adviserend verpleegkundigen die verzekerden in specifieke situaties kunnen helpen.
Digitale zorg
We hebben onze visie en ambities op het gebied van digitale zorg verder uitgewerkt op www.cz.nl/zorgaanbieder/digitalezorg. Daarnaast vindt u in de Gezamenlijke ambities zorginkoop digitalisering en gegevensuitwisseling 2025 en 2026 de afspraken die we op ZN-niveau hebben gemaakt om effectieve digitale zorg veilig en betrouwbaar op te schalen.
Digitale zorg kan een belangrijke bijdrage leveren aan een betere toegankelijkheid van de zorg. Initiatieven die daaraan kunnen bijdragen zijn:
het verkorten van de ligduur door monitoring op afstand (thuismonitoring);
polikliniekbezoeken op afstand in plaats van fysiek (digitaal consult);
continue thuismonitoring van chronische patiënten (minder opnames, vroegsignalering).
We verwachten van ziekenhuizen dat zij uiterlijk op 1 juni hun strategische beleidsplan delen, waarin zij aangeven hoe ze invulling geven aan hun maatschappelijke opgaven op het gebied van toegankelijkheid en betaalbaarheid. We gaan ervan uit dat zij daarbij ook concreet laten zien hoe digitale zorg hieraan een bijdrage kan leveren:
Wat is de integrale visie van het ziekenhuis op het gebied van digitale zorg (inclusief telemonitoring)?
Wat is de aanpak van het ziekenhuis bij de selectie van geschikte zorgpaden en hoe worden de geschikte zorgpaden herontworpen?
Voor welke doelgroepen en in welke mate wordt telemonitoring in 2026 en de jaren daarna ingezet?
Welke apps worden momenteel binnen het ziekenhuis geïmplementeerd en hoe wordt de ondersteuning vanuit de leveranciers ervaren?
Hoe borgt het ziekenhuis een passende schaalgrootte?
Hoe borgt het ziekenhuis de kostenneutraliteit?
Onze ambitie is dat eind 2026 70% van de geschikte zorgpaden hybride is en dat deze zorgprocessen minimaal 50% inclusie behalen. Daarvoor willen we voor 2025 en 2026 het volgende bereiken:
In 2024 is in kaart gebracht welke zorg vanaf 2025 hydride of digitaal geleverd gaat worden en welke fysieke zorg wordt afgeschaald. Van de geschikte zorgpaden en zorgprocessen is in 2025 40% uitgetekend en in gebruik.
In 2025 en 2026 wordt gestuurd op het includeren van een substantieel aantal patiënten of cliënten binnen de hybride of digitale zorgpaden en zorgprocessen, mits dit doelmatig is en past bij de zorgvraag.
Elektronische gegevensuitwisseling is hiervoor een van de randvoorwaarden.
Telemonitoring
Wij vragen ziekenhuizen om in hun strategische beleidsplan aan te geven in welke mate zij denken te gaan voldoen aan bovenstaande ambities. Binnen ons kernwerkgebied gaan we graag met de ziekenhuizen in gesprek over deze plannen. Daarbij toetsen we of onze toekomstvisies en tijdspaden overeenkomen of waar deze verschillen. We bespreken ook graag hoe onze contractafspraken kunnen bijdragen aan meer digitale zorg.
Een belangrijke factor voor deze ambities is een succesvolle implementatie van telemonitoring voor chronische zorg. Sinds 2023 kan de add-on-prestatie telemonitoring separaat gedeclareerd worden. FMS, NVZ, NFU en ZN hebben hiervoor een handreiking telemonitoring opgesteld. Voor ons is deze handreiking leidend om onze inkoopvoorwaarden verder uit te werken.
Om voor de declaratie van de add-on in aanmerking te komen, moet de zorgaanbieder aantonen dat de prestatie voldoet aan de inhoudelijke prestatiebeschrijving van de NZa en dat de zorgaanbieder akkoord gaat met minimaal budgetneutraliteit. Graag gaan we met zorgaanbieders in gesprek over de behaalde effecten van telemonitoring op de hybride zorg. Hiermee kunnen we tijdig bijsturen om de toegankelijkheid te verbeteren.
Buiten ons kernwerkgebied volgen we in principe de afspraken met de twee marktleiders, waarbij de hoogte van de tarieven bilateraal wordt bepaald.
Zorgevaluatie en Gepast Gebruik
Gepast gebruik van zorg is belangrijk, omdat dit bijdraagt aan de doelmatige inzet van de schaarse personele en financiële middelen. Daarom kijken we naar de manier waarop de zorg binnen het ziekenhuis wordt aangeboden (relatief veel conservatief of operatief, klinisch of poliklinisch) én hoe de regionale zorgketen functioneert. Wellicht zijn hier verbeteringen mogelijk. CZ groep wil zich breed inzetten om hier een succes van te maken.
In 2021 hebben de koepels NVZ en ZN een plan van aanpak opgesteld om de implementatie van Gepast Gebruik te versnellen. Met de ziekenhuizen waar CZ groep marktleider is, maken we jaarlijks afspraken over de onderwerpen uit de ZE&GG-implementatieagenda. In andere situaties volgen we de lokale afspraken hierover. In 2026 willen we voor alle relevante onderwerpen op de implementatieagenda binnen één jaar aantoonbare resultaten zien (conform het IZA). Daarnaast dragen we ook zelf onderwerpen aan die impact hebben op de toegankelijkheid en betaalbaarheid van de zorg. De verbeterafspraken en de mate van implementatie leggen we vast in het inkoopcontract.
Iemands levensbeschouwelijke overtuiging, culturele achtergrond of godsdienstige gezindheid kan van invloed zijn op de manier waarop diegene in contact wil staan met zorgverleners of zorg af wil nemen. CZ groep vindt het belangrijk dat de zorgaanbieder daar bij de invulling van de zorgvraag zo veel mogelijk rekening mee houdt.